Bekrachtigen
Denk eens na, met wie ben jij liever in gesprek? Met een coach die op zoek is naar defecten en hier analyses van maakt of met een coach die op zoek is naar jouw kracht en wat er wel werkt?
Bevestigen of bekrachtigen is een vaardigheid die in Nederland een beetje een ondergeschoven kind is. Wij Nederlanders zijn niet zo complimenteus. De Nederlander ‘vindt’ van veel dingen iets maar waardering uitspreken zit niet in onze aard.
Lees hier wat het effect is van bekrachtigen, werk aan de groei-mindset en gebruik hiervoor de 7 tips.
Wat is het effect van een goede bekrachtiging?
Belangrijk om te weten is dat bekrachtigen van iemands inspanningen een vorm van erkenning is die bij de ander leidt tot vergroting van hoop en vertrouwen in eigen kunnen. Hierdoor werkt dit motivatievergrotend. Men gaat pas denken aan verandering als men denkt dat hij het ook echt kan.
Werk aan een groei-mindset.
Carol Dweck heeft hier fantastisch onderzoek naar gedaan. Als je googelt op haar ted talks dan zie je de kracht van procesbekrachtigingen. Deze procesbekrachtigingen bevestigen iemands inspanningen en gedane moeite om iets te bereiken. Dit is iets anders dan iemand eigenschappen toekennen. (je bent slim). Dit laatste leidt tot een fixed-mindset. Dit betekent dat eigenschappen en talenten vaststaan. Mensen zeggen dan ‘ja ik ben nu eenmaal snel boos’.
Wanneer je echter iemands proces en inspanningen bekrachtigt, leert diegene dat je door inspanningen verder komt en versterk je het gevoel van ‘ik kan het’ en dat is exact wat wij willen, toch? Carol Dweck noemt dit een groei-mindset. Mensen die zo denken, zijn ervan overtuigd dat zij door inspanningen nieuwe vaardigheden en gedrag kunnen aanleren.
7 tips bij het geven van een bekrachtiging
1. Een bekrachtiging is geen compliment. Een compliment zegt iets over degene die het compliment geeft. Een bekrachtiging zegt iets over degene die hem ontvangt.
2. Vermijd het woord ‘ik’ (‘ik’werkt normerend, vb ik vind jou een goede vader).
3. Richt de aandacht op het gedrag (in plaats van houding, beslissingen en doelen).
4. Richt je op het beschrijven van het gedrag en niet op het evalueren hiervan.
5. Richt je op gebieden die niet problematisch zijn in plaats van problematisch.
6. Zie het als toekennen van iemands hoop en vertrouwen in eigen kunnen.
7. Bouw hiermee aan competenties in plaats van tekortkomingen.